Zoeken in deze blog

zondag 27 mei 2012

Alzheimer Nederland huisstijl animatie

Nederland is alom bekend voor sterk design. Dat zou te maken hebben met haar geschiedenis waarbij de mens land moest winnen op het water. 
Nederlanders zijn ook vooruitstrevend en wat meer recht-voor-de-raap dan ons Vlamingen. 
Als visueel design en klare taal samen komen geeft dit ook op vlak van zorg mooie resultaten om iets van bij te leren.
Op een vijftal minuutjes ben ik heel wat wijzer geworden

Groeten van 
coach Clark Kent

coach Clark Kent: Dementie, de Chacoche van Louisa

coach Clark Kent: Dementie, de Chacoche van Louisa: Over dementie en de handtas vol spulletjes die mensen met dementie vaak meezeulen. Een waargebeurd kort verhaaltje

Dementie, de Chacoche van Louisa


Het is altijd hetzelfde met u manneke! riep Franka door de hoorn.

Het gesprek was begonnen met veel stiltes, powerplay.
Ik belde haar op omdat ze een schriftelijke klacht had geuit over de verdwenen afstandsbediening van vader Lens. Elke week verdwijnt er bij Lens wel iets, zijn peignoir, zijn hoorapparaat, onderbroeken van Björn Borg.
Franka telt alles wat in de kast ligt, haar goed recht, maar dingen de naar de wasserij zijn, zijn verdwenen.
Wat ik niet zie, bestaat niet, is haar devies.

Vader Lens heeft vasculaire dementie. Hij was een drinker en dat deed zijn bloedvaten geen goed. Deze vorm van dementie is langzaam voortschrijdend. Hans is een zwijgzame man die zijn weg nog goed vindt in het rusthuis, zelfs nog andere dames met de rolstoel naar de zaal rijdt. Maar veel zinnigs zeggen is er niet meer bij.

Deze morgen ging ik samen met Lens in zijn kamer zoeken naar de afstandsbediening. Hij was erg behulpzaam, deed het licht aan terwijl ik in de lades keek en zijn jaszakken doorzocht. Aan dat licht had ik zelf nog niet gedacht, daar heb je dan een man met dementie voor nodig begod. Lens had echter geen idee waar ik naar zocht, de lieve man was gewoon behulpzaam en omdat hij me dagelijks ziet vertrouwt hij me. Ik ben de man die hem eens een fles water brengt, een proper glas, zijn pillekes, die in de gang zijn hand drukt, hem gedag zegt, doch of hij me kent? Niet bij naam.
Vruchteloos was de zoektocht.

Franka wachtte totdat ik in haar ogen iets verkeerd(s) zei en viel toen uit.
Wat was het? O ja, ik vroeg waarom ze haar vragen steeds onrechtstreeks uit. We zaten weken geleden bijeen en beloofden elkaar rechtstreeks te contacteren, maar ze bleef volharden in onrechtstreeks zijn.
Gij zijt er nooit! (u moest eens weten hoe vaak ik geen pauze heb, overwerk, op pannenkoeken avonden, kwissen, kerstmarkten, familieavonden kom - Soit)
Als gij er niet zijt moet ik wel bij anderen gaan klagen! (nee Franka je hoeft niet te klagen, en niks is zo dringend dat je naar de directie moet stappen).
'Uit de hoogte' zei ze dat ze op deze manier niet met me wilde praten en gooide de hoorn af - ik pijn aan mijn oor.

Ik sprak met Ankje de kuisvrouw of zij geen idee had waar dat kaske gebleven kon zijn.
Oooh dat! zei Ankje, de kans is groot dat het in Louisa haar chacoche zit, die heeft ook een TV van dat populaire merk en heeft hetzelfde kastje. Overal waar ze zo een kastje ziet pikt ze dat mee.
Louisa is een mooie ranke oude dame, goed mobiel en bedriegelijk normaal ogend, maar zeer verward.
We klopten bij haar aan en mochten in haar tas kijken. Ja hoor, Lens zijn kaske!
Lens nam het kaske lachend aan, geen idee waarom ik dat van hem geleend had.

Franka ben ik vergeten opbellen, ze wou dat ook niet. Maandag mag ze de directie en de politie er bij halen.
We zullen dan meteen Louisa arresteren. Ach.
Ik wil Franka nog wel eens vragen waarom haar vader zijn flatscreen absoluut ingepakt moet blijven in de folie.
Ik heb de indruk dat het meer haar kaske is dan dat van haar vader.
Ik zeg dit half om te lachen hoor. Total drama voor een afstandsbediening, zoals ook als de batterij van Lens zijn klokje plat is, enzovoorts.
Half om te lachen, ik belde toch even een hulplijn om me ervan te vergewissen dat ik Franka haar commentaar niet had uitgelokt. Nee, Franka had een maand terug op Amerikaanse wijze een winkel aangeklaagd omdat ze haar enkel verzwikt had op de stoep, maar bakzeil gehaald. Tja.

Ik dank de heer Louis Vuitton voor zijn bijdrage aan deze blog, en Louisa voor een goed verhaal. Het leven zoals het is, rusthuis. Het is best goed en leuk om mensen in hun dementie zo lang mogelijk tussen de gewone bejaarden te laten verblijven, de avontuurtjes moet je er dan wel eens bij nemen.

Ik wens u een fijne avond, en pas op voor het vrouwtje met de chacoche.
Oude mensen rocken.
coach Clark Kent

zaterdag 26 mei 2012

coach Clark Kent: Arcitectonica, dementievriendelijke architectuur (...

coach Clark Kent: Arcitectonica, dementievriendelijke architectuur (...: Op donderdag 24 mei 2012, Internationaal congres Dementievriendelijke Architectuur en Inrichting. Coach Clark Kent was er ook en geeft uw opvallende citaten over architectuur voor mensen met dementie.

Arcitectonica, dementievriendelijke architectuur (citaten uit het symposium)

Op donderdag 24 mei 2012, Internationaal congres Dementievriendelijke Architectuur en Inrichting, een organisatie van het 'expertisecentrum dementie Vlaanderen'.

Dementievriendelijk bouwen is een belangrijke Europese beweging en dat was meteen duidelijk hier. Ik bevond me in de mooie accommodatie van het Lamot gebouw te Mechelen in internationaal gezelschap en de sprekers kwamen van ons land, Frankrijk, Duitsland, Nederland, Engeland.. Er werd getolkt. Het gezelschap dat naast me kwam zitten in de aula had reiskoffers bij. Een Nederlandse dame vroeg me in haar beste Engels waar de toiletten waren, en iemand vroeg me of ik misschien een lader voor haar blackberry had.

Men moest maar liefst vijftig mensen weigeren dus prees ik me gelukkig dat ik er samen met de architect van onze woonzorgcentra bij kon zijn.



isbn: 9789491297120 · 2012 - i.s.m. Expertisecentrum Dementie Vlaanderen · paperback (21 x 29,7 cm) - 304p. - volledig in kleur, geïllustreerd · prijs: € 37.50


Het boek kan je hier bestellen. Ze vliegen de deur uit ... http://infocentrum.dementie.be/mod_catalog/27/



infocentrum.dementie.be





Voor zij die er niet bij konden zijn, is er zeker dit mooie boek vol knappe voorbeelden van goed bouwen voor mensen met dementie,
en geef ik vandaag een bloemlezing van opvallende citaten uit deze boeiende dag.

Uitspraken van


Erik Stroobants - voormalig VRT journalist, mantelzorger en mede auteur van het boek
de goede praktijk heb ik in al mijn bezoeken niet gevonden, maar wel elementen die ik wou tonen.




Carla Molenberghs - Huis Perrekes in Geel 


Volgens mij bestaat die ene goede praktijk niet, en dat is maar goed ook.
Het beste model bestaat niet - dat doodt de creativiteit. 
Wij leerden door doen.



prof. dr. ir.-architect Ann Heylighen - KU Leuven


Architectuur is meestal gericht op de doorsnee gebruiker, maar niemand is doorsnee.


Als men dan al rekening houdt met handicaps beperkt men zich tot de toegankelijkheidwetgeving, (bijvoorbeeld hoe breed een deur moet zijn). Niet erg creatief.

Ervaringsdeskundigheid met een handicap (bvb. aangeboren blindheid..), positie (bvb. liggend..), of mentale toestand (bvb. psychose, autisme, dementie..) kan een verrijking zijn voor de architectuur.


Ervaringsdeskundigen kunnen ruimtelijke kwaliteiten detecteren en appreciëren waarvan anderen zich niet bewust zijn. Je kunt ze beschouwen als een sommelier die verschillende soorten bitterheid kan onderscheiden in wijn.


We leren uit wat mensen schrijven over leven met hun handicap (autobiografie), wat ze ons vertellen in interviews, en uit observatie. Ook bij mensen met wie communicatie moeilijk lijkt (zoals bij dementie).


Temperatuurverschil kan één ruimte voor een blinde indelen alsof hij een andere ruimte betreedt.


Iemand met autisme maakte me duidelijk dat hij niet lang op een stoel kon blijven zitten omdat hij de grens tussen wat de stoel was en hem zelf niet meer voelde van zodra de stoel zijn lichaamtemperatuur had.


Dementie zorgt voor een soort thuisloosheid door het vervagen van ruimte, tijd en identiteit.


Glas met verschillende texturen. Textuur is een ondergewaardeerde kwaliteit van het materiaal glas.




prof. dr. June Andrews, directeur van het Dementia Services and Development Centre in Stirling 


http://www.dementia.stir.ac.uk op deze website vind je foto 's van kamers ingericht voor mensen met dementie. Op elk onderdeel kun je klikken en krijg je een korten uitleg (bvb. een ijskast met glazen deur om mensen zin te laten krijgen in eten)


We geven kleine boekjes uit die telkens één aspect van dementiezorg toelichten. Onze ervaring leert dat mensen op zoek gaan naar specifieke info en die niet kunnen vinden in dikke boeken. 


Wij hechten veel belang aan anekdotisch bewijs, het soort bewijs waar de meeste universiteiten niet van houden.


Het is soms goed om te kijken naar hoe een interieur er uit ziet als het 'slecht' is, en daar uit te leren.


Een Hotel is niet het beste idee. Een hotel is wat de kinderen willen voor hun ouders maar niet wat de ouders kennen of willen. 


Ouders willen zo een mooie omgeving in orde houden (moeder wilt persé het bed opmaken en de handdoeken plooien voor dat de meid komt) ..en dat is een last op hun schouders. 


Het zal steeds een compromis zijn tussen een hotel en een huis.


Men zegt me vaak: die ingrepen kosten allemaal geld !, is dat allemaal nodig ?
Mijn antwoord is: Zo lang mogelijk op een goed niveau kunnen functioneren kost minder. En design houdt mensen langer thuis. Thuis blijven kost minder. 


Een val is een heel duur iets (voor de maatschappij). Na een val blijft men lang gehospitaliseerd, zéker als men dementie heeft. De kans om terug naar huis te gaan wordt klein als men dementie heeft.


Ik zeg tegen investeerders 'Als je geen geld kunt maken uit dementie, dan probeer je niet!'.


Maak oefening gemakkelijk bereikbaar, zet ergens een hometrainer neer.


Licht (vitamine D), water, en mobiel houden, maakt meer verschil dan medicatie soms.


Niet jouw esthetische idee telt. Je moet kennis hebben over homely envirements.


Het is niet omdat je iemand uit de praktijk (een verpleegkundige) in je werkgroep opneemt dat uw adviseur expertise heeft. Check expertise.


Een nachtwaak zou 's nachts een nachtjapon moeten dragen, dan weten de mensen dat het nacht is.


Een uniform (een kleur) aanhebben helpt want dan weten de mensen met dementie aan wie ze vragen kunnen stellen. O wee als een bezoeker per ongeluk die kleur draagt, die zal veel vragen krijgen!




Carla Molenberghs - Huis Perrekes in Geel  containment en ook holding environment


De plek waar je naar toe wilt als je je niet goed voelt, dat is (t)huis (ook al is dat in een instelling).


Een huis is voor iedereen iets anders maar er iets altijd iets gemeenschappelijk op materieel en immaterieel vlak.


Wat is huiselijk? Die term, ..daar kan men ook te ver in gaan.


Als ik er zit en ik doe mijn ogen toe ..voel ik me er dan thuis?


Verschillende sferen (ruimtes) maken, meer hoekjes met de mogelijkheid om samen of alleen te zijn.


Een hond of kat in huis is niet voor iedereen, maar dat weet dat beestje ook.


Dienstdoende architectuur


Containment is het bij elkaar houden wat verbrokkelt (bij dementie)
Holding is een houvast bieden


Het beste model bestaat niet - dat doodt de creativiteit.




dr. ir. Joost van Hoof (bouwfisicus NL)


Als bouwfysicus hou ik me bezig met het binnenmilieu; al wat men hoort, ziet, voelt en ruikt dus klimaat, luchtkwaliteit (geur ook), akoestiek en geluid, licht.


Leuk zo een nationaal hitteplan, maar de meeste mensen wonen thuis en beschikken niet over airco.


Veel systemen bieden bescherming maar geen comfort.


Wat is nu de meetlat bij dementie want ze kunnen het niet zeggen. Mensen denken in de zomer dat het winter is.


Het afnemen van het hersenweefsel maakt dat ze het binnenmilieu niet juist aanvoelen.


Als ze zich oncomfortabel voelen gaan zij zich uitkleden, weglopen of boos worden. Ze uiten ontevredenheid via gedrag en in plaats van dit te (h)erkennen noemen we het probleemgedrag (en geven we medicijnen).


Ik pleit voor lage temperatuur vloerverwarming en een infrarood warmtelamp i.p.v. gevaarlijke radiatoren (steek er de boel mee in de fik, val er op en je krijgt hechtingen).


Dementie en thermostaten:
- Afdekken en wegstoppen (door bvb. de kinderen) geeft stigma en mensen gaan dan voortdurend op zoek.
- Men vergeet dat men aan het systeem zat, men vergeet de vertraging van het systeem en draait er nog eens aan.
- Volledig open of volledig dicht.
- De beste thermostaat heeft een begrenzer.
- Maximum staat er in grote letters op en dat is het enige dat opa nog kan lezen dus..
- Met de huidige energieprijs is de rekening rap gemaakt.


Goede technologie is herkenbare en intuïtieve technologie (digitale dingen in het Engels lukken niet)

Niet de controle wegnemen van de gebruiker.

Het ouder wordend oog ziet meer geel licht, en minder blauw licht, door het vergelen van de lens en het oogvocht. Het blauwe licht is nu net van belang voor 
- de biologische klok (verstoring slaap- en waakcyclus)
- positieve stemming
- oriëntatie (dan verft men ook veel geel, beige, rood, oranje - dat is niet zo goed)

Oranje gloed in de woning doet blauw teniet.

We moeten gaan kiezen voor méér blauw licht in de lamp, maar dat vinden we zo 'industrieel' en 'niet huiselijk', maar het is wél gezonder. 5600 Kelvin is blauwig.

TL bakken maken plaats voor gezellige armaturen, maar dat is onterecht.

Lichttherapie kan via plafondarmaturen (niet op tafel want we kunnen de mensen er niet voor vastbinden), 
..en het is nog goed voor de verzorgenden ook (dat is in de toekomst zeker nodig).

We denken veel aan neerwaartse verlichting maar zien vooral licht dat verticaal ons oog binnenvalt.

Te fel licht is ook niet goed want bij het sluiten van de ogen zie je dan een bruine waas en dat maakt mensen met dementie angstig.

Luchtkwaliteit kunnen waarnemen is belangrijk bij emoties, lichaamsgeur, bedorven voedsel..

Gebruik geen kunstmatige luchtverfrissers type Febrèze. Maar ook geen potpourri want dat lijkt op salade en mensen gaan dit opeten (niet gezond).

Een ventilator die aanslaat als je de lichtknop in de badkamer aanraakt is eng (oude mensen kennen dit niet).

Vanaf 40jaar gaan je hoge frequenties achteruit. Spraakherkenning gaat later ook achteruit. Voorkom daarom betekenisloos achtergrondgeluid.

Ik pleit voor een geluidarme slaapkamer voor iedereen!


dr. Garuth Chalfont (UK) - The power of Nature and Outdoors
1. Dementia friendly garden, 2. Getting nature inside, 3. Edge Space (de ruimte 'net buiten')


(hier blog ik later ook nog over, ooit gaf ik vijf jaar lang tuintherapie aan mensen met schizofrenie - uw coach) 









Dementiezorg gebeurt zowel binnen als buiten.

Zet altijd de geest voorop - het heeft geen zin om fysiotherapie te doen als mensen er niet om geven of ze kunnen lopen of niet.


Natuur en buiten zijn, geeft of verbetert zintuiglijke stimulatie, activatie (kracht en beweeglijkheid), oriëntatie, circadiaanse ritmes, bloeddruk, aandacht, verbale expressie, reflectie en nadenken, herstel, slaap(ritme), stemming, gedrag (zoals agitatie en agressie)


Een tuin voor mensen met dementie moet bijdragen aan hun welzijn en gezondheid. Ze hebben nodig;
plezier en relaxatie, vaardigheden onderhouden, fysieke activiteiten, zinvolle bezigheid, sociale interactie, zorgen voor iets dat leeft, weg zijn van binnen zitten, rust en stilte, stimulatie van de zintuigen, de geest levendig te houden


Bouwen (ook kleine verbouwing) laat u toe om direct visueel contact te leggen met de buitenruimte, en met gezamenlijke ruimte (uitzicht op..)


Temperatuur comfort: voorzie schaduwrijke plekjes, bescherming tegen de zon


Gebruik ook elk verdiep. Een balkon is ook een tuintje en kan veilig ingericht worden.


Een luifel is goed. Je stapt naar buiten en het gebouw volgt je nog even mee (dat voelt veilig voor mensen met dementie, ..en het houdt de meubels droog)


A space that serves everybody will not serve anybody:
Elke leefgroep heeft zijn tuinruimte nodig. Je kunt grote tuinen indelen in zones en scheiden met doorzichtige scheidingen zoals rasters of planten. Zo kun je verder zien dan je kunt gaan.
(geen scheidingen gebruiken waar je niet door kunt kijken


Gebruik meer natuurlijke materialen dan bouwmaterialen. Voorzie lagen.


Getting nature inside:
Doe geen deuren op slot - ook al gaan de mensen niet de tuin in, psychologisch kunnen ze naar buiten .


Zet spullen in de tuin die doen denken aan een tuin. Zet een bezem tegen een schuurtje, een kruiwagen, tuingereedschap.. neer. Mensen gaan de tuin herkennen als tuin dan. Mensen gaan die zaken ook spontaan gebruiken.


De seizoenen zien veranderen geeft oriëntatie het ganse jaar door.  Waaraan zie je dit?; de bloesems, de bloemen, de vogels, de dieren, het vallen van de balderen


Een tuin geeft verbinding met de 'levende wereld'.


Wat is er leuker dan de kippen voederen of het konijn eten geven?


(mijn favoriet citaat - uw coach) Vraag een tuinman om je tuin aan te leggen en geen tuinarchitect. Een tuinarchitect geeft u een gemanicuurde tuin met altijd groene planten, een tuinman geeft u een kneuterige tuin met steeds veranderende planten.


Voorzie dakramen, die gooien licht verder in de ruimte dan gewone ramen.
Voorzie lage ramen en vensterbanken, om buiten te kunnen kijken en iets op te zetten.


Het helpt als het eetbaar is. Rabarber is heel dankbaar.


Wildlife, build it and they will come.
Voorzie rommelige stukjes met beschutting in uw tuin en dieren komen er spontaan in nestelen en wonen. Vogels, eenden, konijnen..
Mensen met dementie zien er vrienden in en ze gaan interacties aan (voederen, bekijken, er tegen praten..)
Draai de stoelen naar de ramen toe. O.k. mensen, de staf, de poetsvrouw, zullen ze terug draaien, maar dat geeft niet dan staan ze toch een uurtje naar buiten toe gericht.


Edge Space;
Het idee dat het gebouw niet stopt bij de muren. Je kunt de ruimte die 'net buiten' is gebruiken.


Je kunt de rand aantrekkelijk maken, met een bank, met een overlap, met opvallende dingen (een tuinkabouter, een watervalletje..)


Voorzie meer hoekjes met ramen, trek ramen tot beneden en laat ze open gaan naar buiten, maak interessante uitzichten.


 http://www.chalfontdesign.com  biedt drie boeken aan rond 'nature disign' (in het Engels natuurlijk).






Michiel Verhaegen - architect van Woonzorgcentrum Menos in Genk - een woonzorgcentrum zonder gangen!


Een wzc zonder gangen is op het eerste zicht een vreemd ding. Pas veel later hoorde ik dat de opdrachtgever bij ons eerste voorstel dacht dat wij niet wisten waar we mee bezig waren, dat we gek waren, maar ze zijn er nu helemaal voor gewonnen.


De kwaliteit van de initiatiefnemer bepaalt de kwaliteit van de architectuur. Geef mij maar een veeleisende initiatiefnemer met visie.


Een sterke klant met visie 'duwt' de architect vooruit. De klant is de drijvende kracht.


Gangen zijn logisch om kamers op aan te laten sluiten. Hier komt elke kamer uit op een leefruimte.


We voorzien liever ruime kamers dan gangen zodat mensen hun spulletjes mee kunnen nemen, deze zorgen voor een gevoel van thuis zijn, ze vormen een anker voor deze mensen met dementie.


Mensen komen toch op het einde van hun levensloop naar Menos, er is dus niet veel tijd meer om te aarden - zaken van thuis meenemen is een grote plus dus.


Geeft dat geen probleem met privacy? Neen, de kamers zijn zo dat je de deur kunt laten open staan zonder dat je iemand in bed ziet liggen (of ziet gewassen worden). 


Maar het is een leefgroepgebeuren, er zijn geen vreemden. Het is één gezin.


Wat is privacy? Het is toch doen in je eigen omgeving wat je wilt doen. 


Wat met geluid en geur? De kamerdeuren zijn van een betere akoestische kwaliteit dan de gewone deuren. Je kunt vanuit elke kamer naar buiten, en naar buiten toe verluchten.


Het is geen gewone woonomgeving hé, het mist ook een heel aantal dingen van een gewone woning.


Medewerkers moeten anders gaan werken, maar het realiseren van deze architectuur duurt even en die tijd kan de initiatiefnemer gebruiken om hen te trainen hoe om te gaan met de architectuur.


Individuele badkamer is om de mensen hygiënisch te wassen, en de gemeenschappelijke badkamer is meer een wellnesruimte voor een therapeutisch bad.




dr. Gesine Marquardt architect | TU Dresden (D) 


especialy oriëntation gets lost. Oriëntatie is niet alleen weten waar je naar toe gaat en hoe daar te geraken, het begint al met 'waar jij bent' (kan al moeilijk zijn).


Wat is nodig om georiënteerd te zijn? 
Weten waar je bent - weten wat je bestemming is - de beste weg (route) weten (en volgen) - de bestemming herkennen als je er arriveert - en: de weg terug vinden (Bush & Calkins, 2008)


best floorplans = small scale units, short routes
simple and straight layout.


Een rechte gang zou beter zijn dan één met een hoek, tenzij op die hoek een duidelijk herkenningspunt is (een boom, een beleefhoek, een pijl)


Zorg voor referentiepunten.


Ruimtes hebben best één duidelijke functie.


Oriëntatie kan door zaken mee te laten brengen van thuis, hun brievenbus bijvoorbeeld.
Oriëntatie kan door zaken te voorzien die iedereen gehad heeft.


Geen informatieve rommel (menu, activiteitenkalender..) in de gangen. 


Kleuren; The blue wing ore the red wing does not always work so well. Contrast works better.


Als je een (inkom)deur (deuren die niet voor de bewoners zijn) wilt laten verdwijnen, verf ze dan in dezelfde kleur als de muren.


Tips:
1. maak hogere hersenfuncties onnodig, hou het simpel, 2. Overzichtelijk, 3. werk keuzes weg (links of rechts gaan?), 4. gebruik expertise




dr. Kevin Charras | omgevingspsycholoog | Fondation Médéric Alzheimer,  Parijs (F)



Interessant: Op de piramide van Maslow zit milieu tussen de eerste basisnoden (veiligheid en sociale aanvaarding)


We shape our buildings, thereafter they shape us (Churchill, 1960)


Life and dead of a setting. Je kunt een setting verknoeien door 'm te overbevolken.


Vermijd het uitstallen van zorg door allerlei medische apparatuur in het zicht te laten staan (die horen in een huis niet thuis).
Denk aan een leuke atmosfeer (toonde veel voor - en - na beelden)


Zorg voor sociale cohesie met gedeelde (gemeenschappelijke) ruimtes.




Paul Braem de Maretak Brugge 


De gangen houden we donker, de leef-ruimten licht, om mensen naar het (wit) centraal deel te trekken, en dat werkt.


Lage muurtjes delen de ruimtes in in zones.


Kleinschalig genormaliseerd wonen, een twintig mensen.


Medewerkers werken er zonder uniform en eten mee met de bewoners.


Bezoekers blijven er dubbel zo lang als op een klassieke lokatie (wij kunnen vergelijken want we hebben ze allebei).
Reden? Het lijkt op een huis, ze wassen mee af - er ontstaan sociale contacten - ze doen mee aan activiteiten. In een klassiek centrum blijft het bezoek op de kamer.


Fout die wij maakten was te kiezen voor een goedkoper airconditioning systeem, uiteindelijk kost dat geld en brengt geen comfort. We zouden niet meer zo kijken op de centen op dit vlak.




Dr. ir. Joost Van Hoof | Fontys Hogescholen Eindhoven en ISSO   De toepassing in de thuissituatie


Als het werkt voor mensen met dementie dan werkt het voor iedereen.


2/3 van de mensen met dementie woont thuis.


De tijd van de bejaarde in zijn woning alleen zal niet houdbaar zijn, we moeten naar communaal wonen. Het is goedkoper en mensen blijven langer thuis.
Woonzorgcentra en openbare gebouwen moeten hun grote buitenruimte delen met de gemeenschap.


Een woning met een goed overzicht voorkomt kleefgedrag. De partner is niet steeds op zoek naar de ander want hij kan die bezig zien.


Voorzie een externe technische ruimte. De meterman (een vreemde) hoeft niet meer in huis te zijn, en manlief zit niet meer aan de zekeringen e.d.


Als de installateur even naar buiten gaat om materiaal in zijn busje te nemen denkt vader misschien 'die vreemde man laat ik er niet meer in' en hij sluit de deur ..en de installateur is zijn gereedschapkoffer die binnen staat kwijt.


Een alles-uit-knop voor als je weg gaat. Zo kan de partner niet het gasvuur laten opstaan.


Een hoog-laag-toilet kost slechts €35 meer.


Wordt de oven niet gebruikt als extra berging?, pas dan maar op als de persoon met dementie de oven op zet!


Domotica is hip, maar het is 'verkoop' en 'napraterij', er is niks van bewezen en oudere mensen kunnen er niet mee overweg. Eng ook zo een gordijn dat automatisch dicht gaat (is er iemand in huis, een inbreker?, een geest?)


Wel goed is een monitoring-systeem via camera 's. Maar het is weinig toegepast want de camera geeft geen eten, vervangt geen verzorgende, en kost geld.


http://www.thuiswonenmetdementie.nl  toont een aantal wwonruimtes (keuken, toilet, badkamer) voor mensen met dementie. 




 Jo Vandeurzen minister voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Het beleidsperspectief 


Er komt een dementiegolf op ons af waar we niet klaar voor zijn.
100.000 mensen in ons land hebben dementie
65% van hen woont thuis
500 daarvan zijn vroeg dement


In 2020 zou dit aantal toenemen met nog eens 30%
, en dan is er een andere aanpak nodig!


In 2000 werd het expertisecentrum dementie opgericht,
in 2010 kwam er het Vlaams dementieplan 'Vergeet dementie, onthoud de mens'
nu zijn we hier samen om te kijken hoe we die mensen waardig kunnen laten wonen


We moeten niet méér doen, maar we moeten het anders gaan doen.
WZC zullen de deuren open zetten voor lokale initiatieven en verenigingen,
WZC zullen buiten hun muren kunnen werken,
en de thuiszorg zal in het WZC kunnen werken.


Er zal een leeftijdsonafhankelijk hulpmiddelenbeleid komen.




Mieke Broes, directeur van ENTER vzw, Vlaams expertisecentrium voor Toegankelijkheid 
kondigde de samenwerking met het Vlaams expertisecentrum voor dementie aan.


Wonen met Zorg, De Zilveren Sleutel, Website toegankelijk gebouw


Er is een heel begrijpbare inspiratiebundel voor woonzorgcentra




Tot zover de citaten die uw coach Clark Kent voor u verzamelde in het mooie Lamot gebouw te Mechelen, waar de wereld even samen was rond dementievriendelijk wonen.

Coach Clark Kent






en dit was de affiche van deze internationale meeting:



DEMENTIEVRIENDELIJKE ARCHITECTUUR EN INRICHTINGArchitectonica begrepen
Mensen met dementie zijn in toenemende mate afhankelijk van hun sociale en materiële omgeving. Op dit congres focussen we op de materiële kant. We verkennen de nieuwste inzichten omtrent hoe architectuur en inrichting van de woonomgeving kunnen bijdragen tot het welbevinden van de persoon met dementie.
Wat is belangrijk op vlak van zintuigelijk comfort? Hoe zorg je ervoor dat mensen hun weg vinden binnen de voorziening? Hoe kan de omgeving betrokkenheid en samenleven bevorderen? Wat betekenen deze inzichten voor personen met dementie die thuis wonen?
We krijgen antwoorden op deze vragen vanuit Europees onderzoek en ervaringen in de praktijk van Vlaamse woonzorgcentra.
Doelgroep
Het congres richt zich tot directies, bestuurders en architecten van woonzorgcentra, maar ook tot elke hulpverlener of bezoeker die betrokken is of zich betrokken voelt bij bouw en inrichting van zorgomgevingen voor personen met dementie (woonzorgcentra, dagverzorgingscentra,ziekenhuizen, …). Ook wie in de thuiszorg advies geeft omtrent verbouwing of inrichting van de woning van de persoon met dementie kan er de nodige inspiratie opdoen.
Aanleiding
Aanleiding van dit congres is het verschijnen van het boek “Architectonica. Een thuis voor mensen met dementie” van Erik Stroobants en Patrick Verhaest. Deelnemers aan het congres ontvangen een exemplaar van het boek.
Simultaanvertaling is voorzien.
Programma
8.45 u
 Onthaal met koffie
9.15 u
• Welkom – Wino Baeckelandt | wnd. voorzitter Expertisecentrum Dementie Vlaanderen vzw
• Architectonica toegelicht – Patrick Verhaest Expertisecentrum Dementie Vlaanderen vzw
DEEL 1 – DE KRACHT VAN ARCHITECTONICA
• Architectuur ontwerpen in dialoog met ervaringsdeskundigheid Prof. dr. ir. arch. Ann Heylighen | KU Leuven• Algemeen kader: principes en feiten Prof. Dr. Mary Marshall | sociaal werker | dementiespecialist | DSDC Stirling - UK
• Erik Stroobants in gesprek met Carla Molenberghs Huis Perrekes
DEEL 2 – ARCHITECTONICA ONTLEED
• Zintuigelijke aspecten van de woonomgeving Dr. ir. Joost Van Hoof | Fontys Hogescholen Eindhoven en ISSO Rotterdam (NL)
 • De kracht van natuur en buitenruimte dr. Garuth Chalfont | Chalfont Design | UK
12.45 u Lunch
DEEL 2 – VERVOLG
13.30 u
• Erik Stroobants in gesprek met Michiel Verhaeghen Osar architecten | architect Menos Genk
• De oriëntatie ondersteunen dr. Gesine Marquardt architect | TU Dresden (D)
• Natuurlijk gebruik van de ruimte dr. Kevin Charras | omgevingspsycholoog | Fondation Médéric Alzheimer,  Parijs (F)
• Erik Stroobants in gesprek met Paul Braem de Maretak Brugge
• Zorggebouwen in hun maatschappelijke context Peter Swinnen | Vlaams bouwmeester
DEEL 3 – NAAR MEER ARCHITECTONICA
• De toepassing in de thuissituatie Dr. ir. Joost Van Hoof | Fontys Hogescholen Eindhoven en ISSO
  Rotterdam (NL)
• Het beleidsperspectief Jo Vandeurzen minister voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
• Hoe nu verder?
 - De dienstverlening van Enter vzw | Vlaams expertisecentrum toegankelijkheid - De dienstverlening van
   Expertisecentrum Dementie Vlaanderen vzw
17 u Wel thuis
In partnerschap met: Wissner Bosserhoff en Philips

zondag 20 mei 2012

Dementie eenvoudig uitgelegd (deel 2, Het oprollend geheugen, en de uitzonderingen) Huub Buijssen

Ons bewustwordingsproject 'dementievriendelijk rusthuis' kabbelt rustig verder.
Vorige week begon ik aan de eenvoudigste uitleg van dementie ooit. Vandaag deel twee met de tweede wet van dementie.

Om de tweede dementiewet uit te leggen moet ik even terugkeren naar wat ik al heb aangehaald over het geheugen. Dat bestaat uit het kleine - korte - geheugen en het grote - levenslange - geheugen. Het levenslange geheugen kun je vergelijken met een bibliotheek, en wel een bibliotheek van dagboeken. Elke dag van ons leven schrijven we in de dagboeken van ons geheugen en we zijn daar mee bezig vanaf ons tweede, derde levensjaar.
Als mensen dementie krijgen, weten ze niet meer wat gisteren gebeurd is. Ze hebben geen nieuw dagboekpagina kunnen maken. Maar ze kunnen wel gebeurtenissen van vier, vijf of twintig jaar geleden ophalen. Die dagboeken hebben ze aangelegd vóór ze dementie kregen.

Denk even aan een digicorder waarvan de opnamefunctie kapot is gegaan. Nieuwe dingen kun je niet meer opnemen maar je kunt wel nog dingen van daarvóór afspelen. Dat gebeurt bij dementie ook.
Als het dementieproces verder gaat gebeurt er iets zeer dramatisch., dan gaan gaan bestaande boeken of opnamen uit het geheugen ook verloren. Je zou dan verwachten dat de oudste dagboeken eerst verdwijnen.
Maar dat is niet zo!
De laatst bijgeschreven dagboeken verdwijnen eerst. Dat schuift zo op van de laatste naar de eerste. Je raakt de laatste tien, de laatste twintig, de laatste dertig jaar van je leven kwijt, enzovoorts, tot eindelijk je eerste levensjaren overblijven. Als die boeken op rollen geschreven zouden zijn, rollen ze dus geleidelijk op. Dit 'oprollen van het geheugen' is de tweede dementiewet.

Met behulp van deze informatie over het geheugen kun je de verschijnselen begrijpen die bij dementie optreden.

Wat gebeurt er als je de dagboeken van de laatste vijftien jaar verliest? Dan kun je de afstandsbediening van de televisie niet meer gebruiken, weet je niet meer hoe een koffiezetapparaat moet aangezet worden ('die dingen gaan altijd stuk!' zegt Fons)
Al die gewone dingen stapelen zich op in onze dagbibliotheek en die verliezen we dan (en weg is de dag waarop je leerde om de microgolf te bedienen!).

Probeer je eens voor te stellen:
Mensen raken de dagboeken kwijt van hun vijfenzestigste levensjaar. Wat gebeurt er dan? Zij willen gaan werken want zij zijn hun pensioen vergeten ('Waarom liggen mijn boterhammen niet klaar deze morgen' zegt Louis 'straks ben ik nog te laat voor de bus!').

En wat gebeurt er als ze het dagboek kwijtgeraken van het overlijden van hun echtgenoot of van vader of moeder? Dan willen zij terug naar hun partner of naar het ouderlijk huis.
Of zij raken het dagboek van hun eigen gezicht kwijt! Ze kijken in de spiegel en dan zeggen ze: 'Kijk, daar staat opa!' Of: 'Daar is mijn vader of moeder.' Zij herkennen in hun kleindochter hun eigen vrouw.

Taal leer je levenslang stukje bij beetje bij. Bij mensen met dementie wordt de taal steeds armer. In het begin gaan ze dingen waar ze de naam van kwijt zijn nog omschrijven. Maar geleidelijk aan kunnen ze minder en minder behoorlijke zinnen bouwen.

Later zie je dat mensen fatsoensregels kwijtraken, de regels van hoe het hoort vergeten zijn en dat ze zich ook onbehoorlijk gedragen.
Ook oude vaardigheden zoals de band van een fiets plakken raken ze kwijt.

Op deze wetten zijn er twee uitzonderingen.
Als iets vaak herhaald wordt, willen mensen nog wel eens iets leren en komt er toch iets bij in het lange geheugen. En als iets met veel emoties gepaard gaat en dus letterlijk veel indruk maakt, beklijft dit ook. Dit gebeurt bijvoorbeeld als een kleinkind overlijdt. Maar het is altijd af te wachten of dergelijke vaak herhaalde of zeer emotioneel geladen informatie bewaard blijft in het geheugen. Zaken die zeer ingewikkeld zijn, waar men veel moeite heeft moeten doen om ze te leren, verdwijnen soms eerder.
Een zeer complexe vaardigheid als koken raakt iemand veel sneller kwijt dan je zou vermoeden. O ja, zelfs de beste huismoeders!

In verband hiermee had Huub Buijssen een verhaal dat ik toevallig vorige maand ook hoorde van een kennis van me. Eerst zijn verhaal.
In Nederland zijn de laatste tien jaar personeelsadvertenties voor verpleegkundigen in Canada verschenen en dat terwijl er helemaal geen tekort is aan verpleegkundigen in dat land. Toch werven ze hier personeel. Hoe komt dat? In de jaren '50 immigreerden heel veel Nederlanders naar Canada en Australië. Dat werd toen aangemoedigd want in Nederland had men met overbevolking te kampen. De Nederlanders hebben in Canada Engels leren spreken. Maar de mensen die dement worden, raken ook hun taaldagboeken van het Engels kwijt en kennen nog alleen maar Nederlands!

Een kennis van mij trouwde een Amerikaan en ging werken in een hospitaal in Amerika. Op de psychiatrische afdeling had men een man die erg boos kon worden. Het personeel begreep hem niet want hij sprak verward en maakte - volgens hen - zijn eigen taaltje, confabuleren heet dat dan. Op een dag ging Nele er op bezoek en hoorde de man vloeken en tieren in het Vlaams! Ze ging een babbeltje met hem doen en eindelijk kon de man vertellen waar hij mee zat. Hij was een Belgische immigrant en was het Amerikaans totaal vergeten..

Uit deze twee dementiewetten kun je enkele concrete adviezen halen om beter om te gaan met mensen met dementie. Partners, familieleden en mantelzorgers die op bezoek komen kunnen hier veel aan hebben.


Je kunt het gevoel hebben dat je vader, moeder of partner anders geworden is. Je vraagt je af: 'hoe komt het toch dat hij sommige dingen nog goed weet en andere helemaal niet?'. Je wilt dat begrijpen, weten hoe het in elkaar zit. Dat is ook van belang om ermee om te kunnen gaan. Uit de twee dementiewetten kun je afleiden wat zinnig is in de omgang met mensen met dementie, en wat totaal geen zin meer heeft.
(Huub) Toen ik bij mijn vader in het verpleeghuis op bezoek ging, hoorde ik soms familieleden praten met hun verwanten met dementie. 'Pa wat heb je vandaag gegeten?'. Pa antwoordde dan iets als: 'hetzelfde als altijd', of 'Het was niet veel soeps!', of helemaal verontrustend 'Ik heb niks gekregen, ze hebben me vergeten!'. Ze boeiden hun soms op, zeiden dat de keuken hier op niks trok en betichtten het personeel nalatigheid, maar vooral; Ze brachten met hun vragen vader in verlegenheid (want vader wist het gewoon niet meer maar bedekte dat met een foefje).
Je kunt het hebben over wat ze op dat moment zien en horen, of over wat zich binnen de dertig seconden afgespeeld heeft. En je kunt het hebben over vroeger. Je kunt niet praten over kortgeleden en ook niet over morgen of overmorgen (dat zijn vreemde concepten voor de persoon met dementie). Niet alleen het nabije verleden is weg maar ook de toekomst. Wij gebruiken het geheugen ook om dingen in op te slaan voor de toekomst, plannen, aankomende verjaardagen.. Als mensen niets meer van het korte naar het lange kunnen brengen, verliezen zij ook de toekomst.


Maar als je met hen praat over vroeger is een goed gesprek mogelijk. Ik herinner me dat ik met mijn vader door zijn geboortestreek reed en hij bij die gelegenheid begon te vertellen. Als er toen mensen bij waren geweest die niet wisten dat vader dementie had, zouden ze dat nooit vermoed hebben.


Het komt er vooral op aan welles-nietes-discussies te vermijden. Dat is wel een van de allerbelangrijkste omgangsregels. Mensen met dementie kunnen zich niet meer aanpassen aan normale mensen, normale mensen moeten zich aanpassen aan mensen met dementie. Het is natuurlijk heel moeilijk om iemand niet te corrigeren als hij of zij iets zegt dat niet klopt. Stilaan zul je echter gaan ontdekken dat je beter met de stroom mee kunt gaan, de persoon met dementie gelijk kunt geven en in zijn waarheid kunt laten (of mee kunt stappen). Voor mensen die deze stap kunnen zetten - en ik besef dat het niet vanzelfsprekend is - wordt de omgang gemakkelijker. Die stap kun je pas zetten als je eenmaal aanvaard hebt dat de andere nooit meer zal zijn wie hij ooit (voor jou) was. Dan moet je al een stukje afscheid genomen hebben.
Als je de persoon met dementie verbetert en de strijd aan gaat dan heb je het moeilijk met de verandering. Dat doe je omdat je eigenlijk aan die ander wilt vragen; blijf wie je was. Met je verstand kun je wel meegaan in wat de ander zegt, maar emotioneel is het stukken moeilijker.


Als moeder zegt: 'Je hebt mijn geld weggepakt!', zeg ik dan: 'Ja' ??
De regel is er niet tegen in gaan. De regel is niet: het eens zijn met alles, of op alles ja zeggen.
Denk even na wat moeder wilt zeggen..
Die beschuldigingen zijn altijd een reactie uit een gevoel van onveiligheid. Wat doe je dan wel? Je zoekt iets dat die angst, die onveiligheid kan wegnemen. Wat soms helpt, is een voorstel doen: 'Zullen we samen je portemonnee zoeken?' Maar zeg niet dat je dat al gedaan hebt, want dat klopte niet. Dat kun je eigenlijk ook niet zeggen. En terwijl je zoekt naar de verdwenen portemonnee zul je merken dat na een paar minuten de ander al niet meer goed weet dat de portemonnee weg was. Soms is de belofte om hem straks terug te vinden al genoeg, het is uitzoeken wat werkt. Het is soms een middenweg zoeken tussen de waarheid van de ander en jouw waarheid. Probeer dus in de eerste plaats gerust te stellen, daar ging het toch om.


Stel je voor dat je naar een onbekend land op vakantie gaat. Wat zul je doen? Controleren waar je portemonnee is! En waarom doen we dat? Geld symboliseert een gevoel van veiligheid. Je identiteitskaart ook. Mensen met dementie gaan steeds meer waarde hechten aan hun portemonnee. Hun hele leven is die portemonnee de kuur geweest tegen het gevoel van onveiligheid. Het is soms voldoende dat je de mensen een portemonnee geeft met heel weinig geld er in, of met munten van vroeger.


Hierbij ga ik het laten voor deze keer. Je weet nu alles over de dementiewetten, daarmee kan je heel wat als je ze gaat toepassen.
Succes ermee, groeten van


Clark Kent